Kluut – Pied Avocet
De Kluut heeft een overwegend witte verenkleed met scherpe zwarte tekening, de opvallende omhoog gebogen snavel en de lange blauwe poten maken de kluut onmiskenbaar. Juvenielen hebben bruinige tekening op bovenzijde. In vlucht steken poten voorbij de staart uit. Kan goed zwemmen.
Voedsel
Ongewervelde, zoals wormen, kreeftachtige en insecten.
Wetenschappelijk
Stam: Chordata (Chordadieren)
Klasse: Aves (Vogels)
Orde: Charadriiformes (Steltloperachtigen)
Familie: Recurvirostridae (Kluten)
Geslacht: Recurvirostra
Soort: Recurvirostra avosetta
Biotoop
Broedt in kolonies, meestal op zanderige vlaktes, moerassige weilanden, opspuit-terreinen, etc., meestal nabij water (ook brak en zout). Foerageert lopend in modder en ondiep water met heen en weer zwaaiende bewegingen van de kop.
Voorkomen
Zomergast, en broedvogel in Nederland. Hij broedt in het gematigde deel van Europa en een deel van West Azië. Ze overwinteren in Afrika en Zuidelijk Azië. Sommige populaties blijven relatief dicht bij hun broedgebied in hun winter. Onze kluten overwinteren in het waddengebied.
Trefwoorden
(Ευρωπαϊκή) Αβοκέτα, Alfaiate, Avoceta Común, Avocetė, Avocetta, Avocette élégante, Avosett, avosetti, Bec d’alena, Bizdimdik, Bjúgnefja, Bontelsie, Charadriiformes, Ciocîntors, Gulipán, Kılıçgaga, Klút, Kluut, Klyde, Lesbos 2014, Modronoga Sabljarka, Naaskelnokk, Nederland, Pied Avocet, Recurvirostra, Recurvirostridae, Säbelschnäbler, Sabljarka, Skärfläcka, Sqepbiza, Stelkluten, Steltloperachtigen, Szablodziób, Tenkozobec opacny, Texel, Модронога сабјарка, Саблеклюн, Чоботар, Шилоклювка, Шыладзюбка, Բզակտուց, סיפן, نكات العالم القديم, სადგისნისკარტა, ソリハシセイタカシギ, 反嘴鹬
