Het is een veel voorkomende broedvogel in de hele Indomalayan ecozone uit Kazachstan, door Afghanistan, Pakistan, India met uitzondering van de oostelijke staten, naar Nieuw-Guinea. Het is een Winterbezoeker in zuidelijke gebieden, zoals Zuidoost-India en Sri Lanka. Hij heeft enkele gelijkenissen met de grijze Klauwieren, zoals de Zuidelijke Klapekster, met delen van de parelgrijze kop en mantel, en zwart masker dat zich uitstrekt van het voorhoofd, door het oog, tot de oor dekveren.
Hij is klein voor een grijze klauwier, maar heeft een zeer lange staart, de onderdelen zijn wit. De snavel en poten zijn bijna zwart. Deze vogel heeft een karakteristieke rechtop “klauwier” houding, vaak te vinden op een struik, waarvan het uitvallen na hagedissen, grote insecten, kleine vogels en knaagdieren het gevolg zal zijn. Prooi kan worden gespietst op een scherpe punt, zoals een doorn.
Stam: Chordata (chordadieren)
Klasse: Aves (vogels)
Orde: Passeriformes (Zangvogels)
Familie: Laniidae (Klauwieren)
Geslacht: Lanius
Soort: Lanius schach
Alcaudón Schach, Averla dorsorossiccio, Bali 2009, Capsigrany cuallarg, Dzierzba zmienna, Garastes čakste, Hosszúfarkú gébics, Ilgauodegė medšarkė, klauwieren, Langhalet Tornskade, Langstaartklauwier, laniidae, lanius, Long-tailed Shrike, Orientalski srakoper, Passeriformes, Picanço-rabilongo*, Pie-grièche schach, Ránsvarri, Rostgumpad törnskata, ruskoperälepinkäinen, ruskselg-õgija, Rustvarsler, Schachwürger, ťuhýk královský, Uzun kuyruklu örümcekkuşu, Zangvogels, Длиннохвостый сорокопут, חנקן חלוד-גב, دقناش طويل الذنب صرد طويل الذنب, سنگچشم دمگاهحنایی, นกอีเสือหัวดำ, タカサゴモズ, 棕背伯劳