Krombekstrandloper – Curlew Sandpiper

De vogel is vrij klein, 19 tot 21 cm, en wordt gekenmerkt door een vrij lange neergebogen snavel, lange hals en een witte stuit. De snavel en hals zijn wat langer dan bij de Bonte strandloper. In zomerkleed heeft hij getekende donkergrijze bovendelen en steenrode onderdelen. ’s Winters is de vogel lichtgrijs van boven en wit van onder met een duidelijke witte wenkbrauwstreep.

Hij leeft voornamelijk van wormen, piertjes en waterinsecten.

Stam: Chordata (Chordadieren)
Klasse: Aves (Vogels)
Orde: Charadriiformes (Steltloperachtigen)
Familie: Scolopacidae (Strandlopers en snippen)
Geslacht: Calidris
Soort: Calidris ferruginea

Hij broedt op de Toendra. Tijdens de trek wordt hij waargenomen op moddervlaktes en zoutpanachtige gebieden.

De Krombekstrandloper komt vooral in Siberië voor. Zijn overwinteringsgebieden liggen in Afrika, zuidelijk en zuidoostelijk Azië. De vogel vormt grote groepen, vaak samen met andere soorten. Op weg naar Afrika bezoekt deze vogel ook regelmatig westelijk Europa.

Krombekstrandloper

Bécasseau cocorli, Biegus krzywodzioby, Bulgarije 2011, calidris, Charadriiformes, Correlimos Zarapitín, Curlew Sandpiper, Fugaci roşcat, Gjelëza gushëkuqe, Jespák krivozoby, Kızıl kumkuşu, Kõvernokk-rüdi e. kõvernokk-risla, Krivokljuni Žalar, Krombekstrandloper, Krumnæbbet Ryle, kuovisirri, Lesbos 2009, Līkšņibītis, mrki blatarić, Pilrito-de-bico-comprido, Pilro ferruxento, Piovanello, Reade Gril, Riestasnapis bėgikas, Sarlós partfutó, Scolopacidae, Sichelstrandläufer, snippen, Spóatíta, Spovsnäppa, Srpokljuni prodnik, Steltlop, Steltloperachtigen, Strandloper, strandlopers, Territ becllarg, Tundrasnipe, Δρεπανοσκαλίδρα, Краснозобик, Кривоклун песочен свиркач, Кривоклюн брегобегач, Побережник червоногрудий, Чырвонаваллёвік, Կարմրախածի ավազակտցար, חופית מגלית, تلیله بلوطی, طيطوي مقوس المنقار, นกชายเลนปากโค้ง, წითელგულა მექვიშია, サルハマシギ, 弯嘴滨鹬