Oostelijke Rouwtapuit – Mourning Wheatear

De Rouwtapuit wordt ca 15,5cm groot. Het mannetje heeft in de broedtijd een opvallend zwart en wit verenkleed. De kruin, borst, buik, stuit en deel van de staart zijn wit. De vleugels, mantel en het “gezicht” zijn zwart. De gespreide staart vertoont de bij meer tapuiten opvallende omgekeerde, zwarte T. De ondersoort O. l. halophila (westelijke rouwtapuit) heeft een geheel witte rug, de andere ondersoorten zijn zwart op de rug en zij hebben nogal lichte slagpennen. De basalttapuit mist de witte kruin en heeft een zwarte buik en borst.

Zijn voedsel bestaat voornamelijk uit insecten.

Rouwtapuit,Mourning Wheatear,Oenanthe lugens
Stam: Chordata (Chordadieren)
Klasse: Aves (Vogels)
Orde: Passeriformes (Zangvogels)
Familie: Muscicapidae (Vliegenvangers)
Onderfamilie: Saxicolinae (voorheen: kleine lijsterachtigen)
Geslacht: Oenanthe
Soort: Oenanthe lugens

Het leefgebied bestaat uit ruige, stenige berggebieden met kloven en ravijnen, maar ook in spaarzaam begroeide wadi’s in woestijngebied.

Vogels die in Iran in berggebieden voorkomen, trekken ’s winters naar lagere, warme streken in de buurt. Het zijn dus geen lange-afstandtrekvogels.

Oostelijke Rouwtapuit

Baltakepuris kūltupys, bělořit černohřbetý, białorzytka srokata, Birding Eilat, Chasco-fúnebre, Còlit núbic, Collalba Núbica, Gyászos hantmadár, Harmdepill, Israel 2014, Kara sırtlı kuyrukkakan, Klippestenpikker, leina-kivitäks, Melnmuguras čakstīte, Monachella lamentosa, Mourning Wheatear, Muscicapidae, oenanthe, Oenanthe lugens, Passeriformes, Rouwtapuit, saxicolinae, Schwarzrücken-Steinschmätzer, Sorgstenskvätta, surutasku, Sørgesteinskvett, Traquet deuil, Vliegenvanger, Vliegenvangers, žalobni kupčar, zangvogel, Zangvogels, Траурная каменка, סלעית לבנת כנף, أبلق حزين, چکچک ابلق جنوبی, コシジロサバクヒタキ, 悲鵖